Productieproces van wijn
Wijn drinken is iets wat we allemaal kunnen, maar hoe wordt wijn eigenlijk gemaakt? Wij hebben dit productieproces van de druif tot aan de wijn in uw glas op een rijtje gezet. Eén ding is zeker: wijn maken gebeurt niet in één dag!
De oogst
Het maken van wijn begint allemaal bij het plukken van de druif. Dit oogsten kan gaan doormiddel van machines, maar het wordt ook nog vaak met de hand gedaan. Het voordeel met handmatig plukken is dat je de steile en moeilijk begaanbare plekken wel kan bereiken en de onrijpe/slechte trossen worden dan niet geplukt. Het nadeel is echter wel dat het wat meer tijd kost en arbeidsintensief is.
Het persen
Na het plukken van de druiven komen we bij de volgende stap in de productie. De druiven worden ontdaan van hun steel. De steel bevat veel tannine, dit kan de wijn wrang maken. Door het persen komen de smaakstoffen die onder de schil zitten vrij, het sap die dan verzameld wordt heet most. Door de steeltjes, pitten en de schillen een poos in het sap te laten weken komen er meer tannine en zuren in de wijn.
Om rode wijn te krijgen weken de schillen 24 uur in de most, voor rosé is het 8 tot 14 uur. Hoe langer de schillen in de most weken des te donkerder de rosé van kleur wordt.
Het gisten
Na het persen begint de most te gisten. Tijdens deze alcoholische gisting worden de suikers die in de most zitten omgezet in alcohol. Na de gisting is de most veranderd in jonge wijn. Met jonge wijn bedoelen wij wijn dat veel appelzuur bevat. Als de wijn vervolgens langer blijft liggen, begint de gisting weer opnieuw. De 2e gisting noemen we ook wel de malolactische gisting, hier wordt de appelzuur van de jonge wijn omgezet in melkzuur, dit maakt de smaak wat zachter en ronder van smaak. Na de malolactische gisting worden de wijnen gefilterd om bacteriën en gist te verwijderen.
Wijnen die niet veel appelzuur bevatten (alleen de witte wijnen) worden al na de 1e gisting gefilterd.
Macération carbonique
Een andere methode van gisting is de zogenaamde Macération carbonique. Hier wordt de complete tros met druiven in een grote tank gestopt. Daarna wordt er koolzuurgas in de tank gespoten waardoor de kleur-, geur- en smaakstoffen in de druif worden losgeweekt. Dit gebeurt bij een lage tempratuur. Door de druk van het koolzuurgas barsten de druiven allemaal open en komt het sap op die manier vrij. Vervolgens worden de druiven alsnog licht geperst. De most wordt ontdaan van vaste bestanddelen en ondergaat daarna een alcoholische gisting. Het voordeel van deze methode is dat er veel smaakstoffen vrijkomen, maar weinig tannine. Deze wijnen zijn daardoor ook heel fruitig en krijgen een intense smaak & geur.
Lagering
Na het plukken, persen en gisten komen we bij de laatste stap. Nu worden de wijnen opgeslagen in vaten, sommige wijnen rijpen in eikenhouten vaten. Niet alle wijnen zijn geschikt om in eikenhouten vaten gerijpt te worden. Alleen de krachtige en karaktervolle rode wijnen kunnen dit. Dergelijke wijnen worden enkele weken tot zelfs 24 maanden opgeslagen. De meeste witte wijnen en lichte rode wijnen worden enkele maanden opgeslagen in roestvrijstalen vaten. De witte wijnen met veel smaakvolume zoals de Chardonnay ondergaan een tweede gisting (malolactische) en rijpen daarna vaak een periode in eikenhouten vaten.
Als deze stap voldaan is en alle wijnen zijn gerijpt dan zijn ze klaar voor de verkoop!
Wilt u meer weten over de verschillende soorten wijnen of wilt u graag verschillende soorten wijn proeven? Bij It’s Wine vertellen wij u alles over diverse wijnsoorten. Kom langs in onze wijnbar of reserveer via 0299 – 399888.